Werkwijze milieurapportages
Laatste wijziging 1 maart 2015
Het Activiteitenbesluit, deel agrarische activiteiten, is per 1 januari 2013 van kracht en vervangt het Besluit glastuinbouw. Dit betekent onder meer dat tuinders zelf een rapportage in mogen dienen op de website. Overigens kan dit ook nog steeds via een dienstverlener. Voor een lijst met dienstverleners, klik hier.
Vanaf 1 januari 2013 geldt het nieuwe rapportageformulier, volgens het Activiteitenbesluit. Substraattelers rapporteren lozings- en emissiegegevens voor stikstof en fosfor. De telers dienen elke periode van 4 weken de geloosde hoeveelheid drainwater te registreren. Zeven keer per jaar dienen telers het gehalte aan stikstof en fosfor in het drainwater te bepalen. Dertien keer per jaar mag ook. Grondtelers rapporteren daarnaast ook het verbruik van stikstof en fosfor. De rapportage laat verder zien welke gewassen zijn geteeld, de teeltperiode en het teeltoppervlak. Zie hier actuele informatie over het Activiteitenbesluit.
Invoeren van de milieurapportage
Dienstverleners en tuinders kunnen de rapportages invoeren op de UO-website.
Inleestoets op volledigheid emissiegegevens
De UO toetst bij het inlezen van een milieurapportage op de volledigheid
van de aangeleverde emissiegegevens. Een rapportage wordt afgekeurd als basale gegevens
zoals de teeltwijze ontbreken. Alle andere rapportages worden ingelezen. In de rapportage
‘alle bedrijven’ staat of een rapportage volledig is, en zo nee, welke gegevens
ontbreken.
Beoordeling van de milieujaarrapportage
Het bevoegd gezag controleert of een tuinder een milieurapportage heeft ingediend
en toetst de inhoud van de rapportage op juistheid. Als blijkt
dat geen rapportage is ingediend, de rapportage is afgekeurd of de gegevens niet
volledig en/of juist zijn kan het bevoegd gezag tot handhaven overgaan. De tuinder
kan in de loop van het jaar alsnog een rapportage toesturen. Let wel: een eenmaal
aangeleverde rapportage van een tuinder krijgt per 1 mei de status definitief. De
tuinder kan alleen een nieuwe rapportage aanleveren als het bevoegd gezag onder
beheer aangeeft dat de tuinder aanvullende informatie aan kan leveren voor de rapportage
in bijv. een periode van zes weken (en daarmee de status omzet naar concept). Het
bevoegd gezag is zowel de gemeente, milieu- of omgevingsdienst als ook het waterschap.
UO-nummer voor nieuw glastuinbouwbedrijf
De gemeente en of het waterschap stelt vast welke glastuinbouwbedrijven moeten rapporteren.
Ze kunnen in de UO-database een nieuw bedrijf aanmaken en krijgen vervolgens een
uniek UO-nummer voor dit bedrijf. Het bedrijf gebruikt het UO-nummer voor de rapportage
aan de UO-database. Gemeenten en waterschappen moeten de adressenlijst van glastuinbouwbedrijven
actueel houden, onder meer door bedrijven die stoppen (behalve bij overname) in
de database op inactief te zetten (sluiten). Gemeenten en waterschappen informeren
elkaar over wijzigingen in de adresgegevens. Beide partijen hebben een gezamenlijke
verantwoordelijkheid voor een actuele bedrijvenlijst.